top of page

Coördinatie Wijkverpleging

WSD-regio | Franciscus | Reinier de Graaf | Huisartsen

Het lukt de huisarts vaak niet om snel passende wijkverpleging te vinden voor een patiënt. Met de pilot Coördinatiepunt Wijkverpleging kan de huisarts na één eigen poging, contact opnemen met een van de transferbureaus van de regionale ziekenhuizen. De transferverpleegkundigen gaan vervolgens voor de huisarts aan de slag om passende wijkverpleging te vinden voor de patiënt. Dit bespaart de huisarts veel tijd en zorgt dat de patiënt op tijd de juiste hulp krijgt.

​

UPDATE

Inmiddels is het coordinatiepunt wijkverpleging samengegaan met het coördinatiepunt WSD voor urgente bedden. 

Het Coordinatiepunt WSD is een samenwerking van de volgende organisaties: Careyn, Pieter van Foreest, Argos Zorggroep, Reinier de Graaf Ziekenhuis, Zonnehuisgroep Vlaardingen, Franciscus Gasthuis & Vlietland, Frankelandgroep, ZEL, Zorgkantoor DSW en DSW Zorgverzekeraar. 

unnamed (5).jpg

Projectgroep

De werkgroep Coördinatie Wijkverpleging bestaat uit een huisarts, transferverpleegkundigen, de managers van de transferbureaus van de regionale ziekenhuizen, de managers van de afdelingen zorgbemiddeling bij Argos zorggroep, Careyn en Pieter van Foreest. Ook de programmamanager ouderenzorg van de ZEL en de managers transmurale zorg van de regionale ziekenhuizen zijn betrokken. De projectleider is een relatiebeheerder bij DSW. Ondersteuning wordt gedaan door het programmamanagement van het programma Regionale Aanpak Ouderenzorg.

Scope

Het Coördinatiepunt Wijkverpleging bevindt zich op twee plekken in de WSD-regio: het coördinatiepunt NWN bestaat uit de transferverpleegkundigen van het Franciscus Gasthuis & Vlietland. Bij drukte op het coördinatiepunt worden zij geholpen door zorgbemiddelaars van de Argos Zorggroep en Careyn. Het coördinatiepunt DWO bestaat uit de transferverpleegkundigen van het Reinier de Graaf Gasthuis, bij drukte worden zij geholpen door zorgbemiddelaars van Pieter van Foreest en Careyn. Iedere huisarts in de WSD-regio kan deelnemen.

Werkwijze

De huisarts belt één aanbieder voor wijkverpleging zelf. Indien deze aanbieder de patiënt van wijkverpleging kan voorzien, wordt het coördinatiepunt niet ingezet. Indien deze aanbieder de patiënt niet van wijkverpleging kan voorzien, belt de huisarts het Coördinatiepunt Wijkverpleging, licht zijn aanvraag toe en stuurt een ingevuld aanmeldformulier richting coördinatiepunt NWN of coördinatiepunt DWO. Het betreffende coördinatiepunt neemt de aanvraag in behandeling, formuleert een zorgvraag (evt. met aanvullende informatie vanuit de huisarts/ familie) en verstuurt de aanvraag naar een VVT aanbieder. Als er wijkverpleging is gevonden, koppelt het coördinatiepunt dit terug aan de huisarts. De pilot omvat alle aanvragen voor wijkverpleging, zowel de acute als niet-acute situatie.

Doel

  1. De pilot draagt bij aan het ontlasten van de huisarts. Huisartsen ondervinden een hoge werkdruk vanwege de toenemende complexe zorgvraag van ouderen. De pilot neemt een stukje werk uit handen van de huisarts.

  2. Inzicht in waar en waarom de aanvraag wijkverpleging wordt afgewezen. De betrokken partijen gaan op basis van deze gegevens met elkaar in gesprek om vraag en aanbod beter op elkaar af te stemmen, wat ten goede komt aan de patiënt.

  3. Toewerken richting een onafhankelijk coördinatiepunt voor alle (vervolg)zorg in de WSD-regio. We doen ervaring op met de overdracht van zorgvraag en monitoren de knelpunten in het proces en verschillen binnen de regio op het gebied van wijkverpleging.

  4. Door het goed en tijdig regelen van wijkverpleging kunnen verdergaande interventies, zoals opname, mogelijk voorkomen worden. Dit resulteert in besparing van ligdagen en intramurale plekken. 

  5. Een mogelijk besparing van zorgkosten. Door wijkverpleging goed te organiseren kan duurdere zorg, zoals opname, uitgesteld of voorkomen worden.

Voortgang project

Oktober 2021

Start pilot

Januari 2022

Evaluatie pilot

Januari 2023

Opening regionaal Coördinatiepunt voor wijkverpleging en urgente bedden

Resultaten

  • Veel verschillende huisartsen hebben gebruik gemaakt van het coördinatiepunt wijkverpleging (CW).

  • Het is vooral een capaciteitsprobleem dat er ligt rondom wijkverpleging.

  • Bemiddelen is via het CW meestal succesvol verlopen en kost weinig tijd.

  • Het aantal aanmeldingen is waarschijnlijk lager dan verwacht omdat huisartsen niet wekelijks een aanvraag krijgen voor wijkverpleging en inmiddels alternatieven hebben gevonden zoals het uitbesteden aan hun assistent,  familie van de patiënt of organiseren het via directe telefoonnummers van  wijkverpleegkundigen. Echter, als de nood hoog is, is hulp zeer gewenst.

  • Zowel de huisarts als de VVT- organisaties erkennen dat er bepaalde perioden zijn dat het vinden van wijkverpleging moeilijker is. Dit zijn bijvoorbeeld de zomerperioden en rond de feestdagen. De verwachting is dat het capaciteitsprobleem alleen maar groter wordt, gezien de personeelstekorten en de verwachte vergrijzing.

  • Een coördinatiepunt heeft de juiste expertise en netwerk om snel te kunnen bemiddelen naar de juiste zorg op de juiste plek wat onnodige opnames/doorverwijzingen en een verslechterde situatie van de patiënt kan voorkomen. Daarom zien zowel de werkgroep als de huisartsen waarde in van een CW


Vervolg

Het voorstel is om de coördinatie wijkverpleging te beleggen bij een gezamenlijk coördinatiepunt waarin zowel de transferbureaus als de VVT-organisaties een rol spelen in de bemiddeling. Per 1 juni zal de coördinatie wijkverpleging samengaan met het Coördinatiepunt WSD voor urgente bedden. Er is dan nog maar één telefoonnummer. 
Meer informatie vindt u via de website van Zel.

bottom of page